Direct naar artikelinhoud
Huizenruil in de zomervakantie. ‘Mensen verklaren ons voor gek’
Beeld Idris van Heffen
EssayZomervakantie

Huizenruil in de zomervakantie. ‘Mensen verklaren ons voor gek’

Is dat nou wel een goed idee? Die vraag kreeg Edwin Kreulen steeds weer toen hij besloot om in de zomer zijn huis te ruilen met onbekende buitenlanders. Vijftien huizen en zeven privé-zwembaden later zegt hij: zeker!

“Wat is dit: beddengoed dat nog te drogen hangt. Het zal toch niet.” Het is juli 2011 en ik sta met mijn vrouw Marlies in de tuinkamer van het huis op het Deense eiland Bornholm waar we tien dagen zullen verblijven. We zijn er net. Ik loop naar de slaapkamer en kijk om het hoekje. “Nog niet opgemaakt”, meld ik. Dat hadden we niet verwacht.

Thuis in Amsterdam zijn we vier volle dagen bezig geweest om ons huis klaar te maken voor de Denen die daar nu zo ongeveer arriveren. Opruimen en schoonmaken. We hebben de tegels in de tuin gereinigd met de hogedrukspuit. Alles gerepareerd waar we het hele schooljaar niet aan toe kwamen. De koelkast leeggemaakt, toen weer gevuld voor de gasten. De stad doorgefietst om toeristische folders te verzamelen. Op de ochtend dat we vertrokken, nu twee dagen geleden, hebben we alle bedden verschoond en zijn we nog drie keer door het huis gelopen om te kijken of het echt wel klaar was voor de Denen.

Ze zagen er betrouwbaar en gezellig uit 

Zijn we dan misschien thuis iets te ver gegaan en is het helemaal geen voorschrift van gebruikers van onze huizenruilsite om je huis achter te laten als een hotel? De Deense familie met wie we onderweg een uurtje koffiedronken, zag er toch enorm betrouwbaar en gezellig uit. Ervaren huizenruilers bovendien. Heel ontspannen zo aan het begin van de vakantie. Misschien iets te ontspannen?

We krijgen geen tijd om ons langer zorgen te maken. Onze drie kinderen, tussen de drie en tien jaar oud dan, ontdekken het huis. Deze kamer is van mij!, horen we. De Xbox is ontdekt. Waar is het strand?, roepen ze.

Marlies vindt een kaart van het eiland die uit een mandje op de eettafel steekt. Hé, daar zit ook een fles wijn bij. Dat is aardig. De Denen hebben op de kaart aantekeningen gemaakt. Best beach, staat op een plek vlakbij dit huis en ook good fishrestaurant at sea. Dat hebben wij nou weer niet gedaan.

De Deense fietsen staan al klaar 

Aan de zijkant van het huis staan de Deense fietsen klaar. Ik haal ons kinderzitje uit de auto voor onze jongste, monteer het op de fiets en kort daarna rijden we door het bos naar een van rustigste stranden van het eiland. Een paar aardige Denen ontmoeten we er, een tegenstander en leeftijdsgenoot voor onze voetballende dochter. En rust. Na afloop fietsen we terug. Niet naar de palingrokerij met uitzicht op zee, maar naar ons eigen huis.

Want om eerlijk te zijn, dit huis bevalt ons wel. De koelkast zit, net als de onze in Amsterdam, vol met lekkers. En in de keuken ‘mogen we alles gebruiken’, volgens de huisgids die de Denen leverden. Ik ga koken met de zalm die voor ons was klaargezet. Ik krijg het plastic om de vis niet open. Waar is een schaar? Ik trek een van de laatjes naast de eettafel open. Daar liggen alleen papieren en babyfoto’s van de Deense kinderen die hier wonen. Betrapt. Ik doe het laatje zo snel mogelijk dicht.

De Deense fietsen staan al klaar 
Beeld Idris van Heffen

Later op de avond drinken Marlies en ik de wijn die de Denen achterlieten. We zitten op het grasveld in de tuin. Van boven klinken piepjes uit de Xbox en twee van onze kinderen zitten in de woonkamer op de grond met speelgoed dat de Denen speciaal voor hen uit de opbergkelder hebben ­gehaald.

Ik herhaal nog eens hoe een dag voor vertrek uit Nederland, middenin onze opruimwoede, de twijfel bij mij toesloeg. Moesten we niet alle familiefoto’s en andere persoonlijke zaken alsnog in een doos stoppen en veilig op een andere plek achterlaten? “Ik zou me zorgen maken om al mijn cd’s”, had een kennis gezegd toen ze hoorde dat wij ons huis gingen ruilen. Daar had ik nou helemaal geen last van. Een muziekverzameling kun je altijd nog opnieuw beginnen. Maar de zwemdiploma’s van de kinderen en de foto’s van onze grootouders, die zouden we voorgoed kwijt zijn, als er iets mis zou gaan.

Je bent knettergek geworden 

We kregen het vaker te horen. “Wat dapper van jullie. Ik zou dat niet aandurven. Je weet nooit wat er kan gebeuren.” Dat is een aardige manier om te zeggen: je bent knettergek geworden.

We hadden allebei steeds vriendelijk geglimlacht. Soms uitgelegd waarom we nu gingen ruilen. Om eerlijk te zijn, geld speelde best een grote rol. Onbetaald ouderschapsverlof had sporen getrokken in onze bankrekening. Het gemiddelde enthousiasme voor kamperen is niet hoog in ons gezin. Onze oudste met downsyndroom is iets fragieler en zien we niet snel in een tent kruipen, hoewel dat ook enkel ons idee kan zijn.

Maar het ging niet alleen om praktische redenen. Ik vind het zelf een geweldig idee om op vakantie net te doen alsof je ergens woont en hoe kan dat beter dan in een echt woonhuis?

Twee soorten mensen

Je kunt de mensheid verdelen in twee soorten: mensen die hun huis zouden ruilen en mensen die ‘het dapper vinden’, zeg ik tegen Marlies, terwijl ik in de tuin de laatste Deense wijn inschenk. Dat is overdreven, natuurlijk kennen we ook leuke mensen die niet willen ruilen. Maar de angst voor ruilen die direct werd uitgesproken, dat stond ons tegen. Ik vertel hoe resoluut ik eerder op de avond het laatje sloot met persoonlijke spullen van de bewoners. Marlies zegt dat ze zich dat kan voorstellen, daarvoor zijn we niet gekomen. En dat is geruststellend, concluderen we. Waarom zouden onze ruil-Denen op dit moment onze financiële administratie van afgelopen jaar doornemen, of babyfoto’s van onze kinderen? Die hebben daarvoor ook helemaal geen tijd, die komen om te genieten van Amsterdam.

Onze tijd in het Deense ruilhuis is de eerste van elf zomervakanties in Frankrijk, Spanje, nog een keer naar het Deense Bornholm, een ander huis nog dichterbij het strand, en naar een landhuis op een ander Deens eiland waar onze tuin net zo groot was als onze hele straat in Amsterdam. Soms vlogen we en zat de auto in de ruil: we liepen de rij voor de huurauto’s voorbij en namen onze ‘eigen’ wagen die al klaarstond.

Wie, net als Edwin Kreulen en zijn familie, gebruik wil gaan maken van homeexchange.com betaalt daarvoor het eerste jaar €149, en krijgt daarna korting. Volgens de organisatie staan er 450.000 huizen op de site, in bijna 160 landen. Je kunt zoeken op land van bestemming, op datum, naar mensen die hebben aangegeven dat ze juist naar jouw land willen, en op de voorzieningen in en rond het huis.

Er zijn meer sites, zoals homelink.org dat ook wereldwijd huizen aanbiedt. Homelink is begonnen als een groep leraren die onderling ruilden, en legt iets meer de nadruk op ‘gelijkgestemden’, maar in grote lijnen zijn de zoekmogelijkheden hetzelfde als bij Homeexchange. De jaarlijkse contributie bij Homelink bedraagt 120 euro, of iets lager voor wie meerdere jaren deelneemt.

Daarnaast ruilden we voor midweekse vakanties in de buurt van Genève en een keer in eigen land, en voor stedentrips naar Berlijn, Antwerpen en Parijs waar we oud en nieuw vierden, ver weg van het vuurwerkgeweld in eigen straat. Met komende zomer erbij hebben we al met al zo’n zes maanden in ruilhuizen doorgebracht.

Ik kan het niet nalaten om uit te rekenen hoeveel geld we daarmee bespaarden, het scheelt minstens 20.000 euro. Maar belangrijker is dat we kunnen terugkijken op zoveel mooie plekken. In de Franse Provence hadden we voor het eerst een huis met een eigen zwembad. Dat de bewoners hun paradijs wilden ruilen tegen onze stadswoning, was nog moeilijk te geloven. De eerste dagen wachtte ik op hun bericht ‘dat het toch wel tegenviel’. Tot ze enthousiast foto’s stuurden van hun jonge zonen op onze ­gezinstandem op de Amsterdamse gracht. ‘Toeristen kijken hier naar ons en denken dat we Nederlands zijn’.

Twee soorten mensen
Beeld Idris van Heffen

Van alle zestien huizenruilen is het een enkele keer een beetje tegengevallen, een weekje vlakbij de Franse Alpen toen het constant regende en de bewoners – ruil­debutanten – in onze ogen nogal controlfreaks bleken. ‘Het is verboden om op onze wifi criminele sites te bezoeken’, zo verwelkomde de huisgids ons.

Verder was het iedere keer nog mooier dan wij hadden verwacht. Net als de thuiskomst: de gemiddelde ruil-buitenlander laat ons huis minstens even schoon en opgeruimd achter als toen men kwam. Zo hebben we ook nog eens onze jaarlijkse opfrissing van het huis.

Beantwoordt huizenruil aan al onze verlangens? Nee. Mijn romantische gedachte ‘een Fransman onder de Fransen te zijn’ was te hoog ­gegrepen. Een enkele keer dronken we koffie bij de buren maar we bleven de buitenlanders. En bij het uitkiezen van de vakantiebestemming ben je afhankelijk van wie zich aanbiedt, en wanneer. We zouden graag eens met een Italiaanse, Zwitserse of Kroatische familie willen ruilen, maar het aanbod daar is tot nu toe niet geschikt. ‘Nee Francesca, dank voor uw aanbod, wat heeft u een prachtige tweekamerflat middenin Florence ook al is er geen balkon, maar we kiezen in de hete zomermaanden toch voor een iets andere bestemming’.

Ah, een nieuw bericht!

We zijn zo vanaf de jaarwisseling een paar avonden druk met zoeken. Zeker in het begin, toen we op ruilverzoeken vaak geen antwoord kregen. Ah, toch een nieuw bericht! Van een Braziliaan die volgende week twee dagen in Amsterdam is, en dat wij die twee dagen in Rio kunnen doorbrengen. Waar moeten we dan met z’n vijven middenin de schoolweek zo snel naartoe? We konden drie weken naar Bali, het huispersoneel was meegeleverd in de ruil, we deden het toch maar niet.

We moeten wel al die verzoeken beantwoorden, want als we herhaaldelijk niet reageren volgt een straf: ons ­eigen huis verdwijnt van de site. Die regel heeft de site-­beheerder een paar jaar geleden toegevoegd. Ik zat te mopperen op die dwang. Totdat we zagen dat ook de verzoeken die wij de deur uitstuurden, beter werden beantwoord.

Het zwembad in de Provence smaakte naar meer en daarom vinkte ik bij latere zoektochten naar een ruilhuis soms aan ‘moet in de buurt van de zee zijn’, en vaak ‘alleen huizen met zwembad’. En misschien gaan we over een paar jaar zonder kinderen inderdaad een paar dagen naar Rio of waar dan ook, maar nu mogen we nog met het hele gezin.

Op dit moment zitten wij net middenin twee dagen voorbereiding voor nieuwe gasten. Want ook al zijn we net als onze eerste Denen relaxter geworden, die dekbedden moeten er toch schoon en fris erop. Tijdens het schoonmaken en regelen is het huizenruilen dus nog niet zo uniek en fantastisch. Maar dan komt het moment dat we na een lange reis de voeten laten bungelen in ons nieuwe privé-zwembad.

Tips voor huizenruilers

*Bedenk dat je gemiddeld pas beet hebt met een ruil na ruim tien afwijzingen.

*Fixeer je niet op een enkele bestemming, dan is het aanbod vaak groter.

*Als je mensen aanschrijft om een ruilverzoek, stuur een enigszins persoonlijk bericht en niet een tekst die de indruk wekt dat je dertig mensen tegelijk aanschrijft.

*Maak een gids voor je huis en je omgeving, met praktische informatie en toeristische tips.

*Informeer je buren dat er ‘ruilbezoek’ komt en vraag eventueel een van hen om je gasten te helpen als ze dit nodig hebben.

Lees ook: 

Voor 2,5 cent per emmer plukte arm Groesbeek zich ’s zomers de handen blauw

Zomer in Groesbeek, dat was voor de kinderen uit arme gezinnen: met een emmer het bos in om bessen te plukken. Daarvoor gingen de scholen zelfs een paar weken eerder dicht.